Mensen vragen mij tegenwoordig weleens, soms gewoon om een gesprek te beginnen: waarom maak jij je tegenwoordig druk om groen in de stad? We zien dat jij nu ‘tuinman in opleiding in de wijk’ bent, wat heeft dat voor nut?
Ik heb vanuit mijn opvoeding geleerd eerlijk antwoord te geven op moeilijke vragen en deze vragen verdienen dus even nadenken...🤔
Om te beginnen is ‘groen’ een kleur. Dat klinkt een beetje flauw, maar ‘groen’ dekt de lading niet. Het gaat om stadsnatuur.
Okay, maar waarom zou je stadsnatuur willen stimuleren? Nou, grote steden -en zeker achterstandswijken- zijn niet de gezondste plekken om in te leven. Dus daar is veel winst te behalen. Iedereen heeft tegenwoordig de mond vol van preventie, maar in de praktijk zie ik daar niet zoveel van terug. Ja, op individueel niveau zijn we druk bezig met ‘lifestyle interventies’, maar ik vrees dat we dan niet genoeg coaches hebben om het tij te keren…
Wat wij doen is echter heel simpel. En echt iedereen kan mee doen. Ik citeer mijn leermeester, stadsdokter Rini Biemans:
“Tuinieren is een gezonde bezigheid. Waarom dan niet ook de stadsnatuur gezond houden. In de stadsnatuur speelt alles samen. Wij mensen horen daar immers ook bij.
De natuur kan ons gezond maken. Groene wijken kennen 30% minder depressies en 15% minder overgewicht, daarnaast is het vastgoed 10% meer waard. Hier ligt een enorme kans op het gebied van de volksgezondheid.
Hoe maak je de natuur en jezelf gezonder. Een simpele, cruciale richtlijn is dat je de inheemse natuur, de spontane natuur, voorheen het onkruid, laat meedoen. Een gezonde bodem is ook gezond voor kinderen die er spelen. Goed voor de weerstand en hun microbioom, de microben in hun darmen.
Insecten hebben waardplanten nodig, waar ze hun eitjes op kunnen leggen en die bevinden zich onder de inheemse planten. Daarnaast heeft natuur rust en ruimte nodig om stabiele ecosystemen te kunnen bouwen in de grond en boven de grond.
Dit zijn de nieuwe inzichten binnen de wetenschap. De natuur kan ons genezen en wij kunnen de natuur genezen.”
Nou, daarom maak ik mij dus druk om ‘stadsnatuur’…😉