Vrijdag 11 april vond in de Kunsthal het symposium Stadsnatuur plaats. Het spreekt voor zich dat dit vooral door natuurliefhebbers en groenprofessionals wordt bezocht. Groene ambtenaren, ecologen en biologen roeren hier de trom. Stadsnatuur en biodiversiteit is momenteel aan een opmars bezig in beleidskringen. Ik kan niet anders dan dit toejuichen. Tegelijkertijd voel ik me op dit soort bijeenkomsten ongemakkelijk. Waarom wordt de olifant in de kamer niet benoemd?
Het adagium is - we moeten het met de mensen doen - zonder de bewoners lukt het niet. Volgende vraag is hoe ze te betrekken. Dit alles in de geest van - wij weten het al nu de rest nog - dus hoe brengen we dit aan de man. Hierover worden verstandige dingen gezegd. Breng het positief, gebruik tot de verbeelding sprekende voorbeelden. Ik kom al zo’n twintig jaar op dit type bijeenkomsten en eerlijk gezegd hoor ik niets nieuws meer. Het lijkt wel of steeds dezelfde verhalen worden verteld. Alles vanuit beheer en ontwerp. Waar is het dagelijks onderhoud. Onze daadwerkelijke fysieke interactie met Stadsnatuur.
Het is allemaal niet zo ingewikkeld en de opmerking - De natuur doet het zelf als we voor de juiste condities zorgen - hoor je keer op keer bij de verschillende sprekers. Op dit moment verwacht ik dan dat ook het dagelijks onderhoud van het ‘stadsgroen’ als belemmerende conditie wordt benoemd. Immers al het inheemse (on)kruid wordt nog steeds weg geschoffeld. Juist dit is de spontane stadsnatuur die zorgt voor biodiversiteit. De huidige beplanting die we beschermen hoort hier feitelijk niet thuis en wat er wel hoort wordt met machine en schoffel verwijderd. Hiermee stoppen zou een directe boost geven aan de biodiversiteit in steden die nu nog afhangt van achterstallig onderhoud en goedwillende burgers in particuliere tuinen of geveltuinen.
Geen woord hierover. Ik kan het niet laten de olifant te benoemen en stel op zeker moment de vraag. Als de gemeente zo graag mensen wil betrekken waarom geven ze dan niet zelf het goede voorbeeld en stoppen ze met dit ecocidale beheer in hun eigen plantperken? Tot mijn verbazing kreeg ik geen antwoord…
Als ik in de wandelgangen ecologen spreek geven ze me allemaal gelijk. Waarom is dit? Waarom is Creatief Beheer de enige organisatie die dit op de kaart zet en een werkend alternatief biedt. Tenminste ik ken geen ‘initiatieven’ die het onderhoud als basis voor het realiseren van een gezonde stadsnatuur gebruiken.
Eigenlijk weet ik het antwoord wel. In het onderhoud wordt in de huidige systematiek niets verdiend en er is hier in Rotterdam ook nog eens flink op bezuinigd. Het geld zit in ontwerp en (her)inrichting en dus wordt de oplossing hier gezocht. Dat het onderhoud doodleuk de inheemse natuur bestrijd waardoor het rendement van extra groen wordt geminimaliseerd. Lijkt op kapitaal vernietiging. Het idee het onderhoud in de stadsnatuur het cruciaal is voor gezonde stadsnatuur is blijkbaar een paar bruggen te ver. De wethouder vertelt trots over de extra hectares groen maar niet over wat voor groen het is. Experts willen meten, ontwerpen en integraal oplossen binnen de huidige systematiek. Dat is onmogelijk en die olifant dient benoemd te worden. De mensen in het dagelijks onderhoud dienen betrokken te worden net als bewoners. Goed voorbeeld doet volgen. Bovendien dit is de toekomst als we een gezonde stadsnatuur en een gezonde leefomgeving voor stadsbewoners wensen.
We zijn immers allemaal mensen en dus ook allemaal zoogdieren en onderdeel van de stadsnatuur. We hebben elkaar en de natuur nodig om gezond te blijven. Dat is de filosofische olifant die ook nog steeds vermeden wordt op dit soort bijeenkomsten maar waarover ik met mensen in de wijk tijdens mijn werk regelmatig spreek. Guess what? De meesten zijn het met me eens… koppel biodiversiteit (gezonde natuur) aan volksgezondheid.
Als wij als Stadsnatuur experts dus werkelijk willen dat mensen -mee gaan doen- moeten we zelf het goede voorbeeld geven en een compleet en inspirerend verhaal vertellen. Alle ingrediënten hebben we immers. Nu nog een goede dagelijkse maaltijd fabriceren in het dagelijks onderhoud voor mens, plant en dier. Hierin vertrouw ik meer op de stadsnatuur dan mijn medemens. Want als wij de natuur genezen kan de natuur ons genezen.